Frank Janssen (55) is een rustig en gedreven pluimveehouder in het Limburgse Castenray. Hier houdt hij 150.000 opfokhennen in twee stallen en is daarnaast technisch adviseur bij Agromix vanaf het eerste uur. Een man met heel veel ervaring en kennis die hij graag deelt met zijn collega’s in binnen- en buitenland. ‘’Regelmatig ga ik naar omliggende landen om daar de pluimveehouders te voorzien van adviezen,’’ merkt hij op.
Met gepaste trots laat hij zijn nieuwe volière stal zien. De 14-weekse hennen springen energiek heen en weer tussen de verschillende niveaus. De hennen ogen gezond en vitaal. De gerenoveerde stal is in mei 2022 in gebruik genomen. ‘’Het lijkt erop dat de dieren in deze stal eenvoudiger hun gewicht bereiken en er mooier uitzien,” is de ervaring van Frank. ‘’Ondanks dat ik het niet helemaal hard kan maken, zegt mijn gevoel dat de kuikens zich in deze stal beter ontwikkelen tot leghen.’’ Janssen heeft de renovatie voortvarend aangepakt en rekening gehouden met alle nieuwe en toekomstige eisen met betrekking tot diergezondheid, welzijn, kwaliteit en arbeid. Deze renovatie stond in het teken van vernieuwing. ‘’Ik wilde graag iets anders doen dan standaard. Vandaar dat ik heb gekozen voor dit volièresysteem voor opfok. Met dit systeem sluit ik veel beter aan op de systemen, die de legpluimveehouders gebruiken. Dit was één van de belangrijkste drijfveren. Zo wordt de overgang van het opfokbedrijf naar het legpluimveebedrijf een stuk kleiner.’’
Verschillen in systeem
Deze opfokstal is de eerste in Nederland met een Filia volièresysteem voor opfokhennen. Het grote verschil met de huidige systemen is dat de hennetjes ook onder het systeem kunnen scharrelen. Op twee niveaus kunnen de kippen vrij bewegen en voer en water opnemen via voer- en waterlijnen. ‘’De laatste 10 jaar is er weinig veranderd op het gebied van de opfok van hennen. Toch kunnen veranderingen juist leiden tot nieuwe kansen,” meent Janssen. De zogenaamde KAT-regeling kent verschillende eisen ten aanzien van het aantal kippen per vierkante meter, hoeveelheid daglicht, afleidingsmateriaal etc. “In eerste instantie probeer je dat als sector tegen te houden, omdat het vaak gepaard gaat met extra kosten. Nu verbaas ik me over maatregelen die in de praktijk erg gunstig uitpakken. Het verbod op snavelbehandeling heeft helemaal niet tot extra pikkerij geleid. Afleidingsmateriaal, meer ruimte, goed klimaat en meer daglicht zorgen ervoor dat de kippen rustiger zijn. Ook genetica heeft hier een bijdrage aangeleverd. Het extra daglicht werkt bovendien ook veel prettiger voor de pluimveehouder,” merkt Frank op.
Ruimte voor 150.000 opfokhennen
Het opfokbedrijf van Frank Janssen heeft een capaciteit voor de opfok van 150.000 hennen De dieren zijn verdeeld over twee stallen. Samen met een parttime medewerker zorgt hij 7 dagen per week voor een optimale opfok. Arbeidspieken vangt hij op met een vaste ploeg medewerkers. Deze helpen hem met het opzetten van de kuikens, enten, afleveren van de hennen en het reinigen van de stallen. Jaarlijks verlaten er zo’n 400.000 leghennen zijn bedrijf, waarvan zo’n 80 procent in Nederland blijft en de rest naar Duitsland en België gaat. Per afgeleverde leghen ontvangt hij een vergoeding van Agromix. De opfok stemt hij volledig af op de vraag en de wensen van de klant. Hij past de voerleverancier en het entschema hierop aan. Meer dan de helft van de kippen die hij aflevert is wit. ‘’Mijn favoriete kleur,’’ merkt Frank op. ‘’Altijd al geweest. Ik kan genieten van een mooi wit kuikentje dat uitgroeit tot een gezonde witte leghen. Dat maakt mijn werk zo mooi.’’
Technische adviseur
Frank Janssen had in 2011 één van de eerste opfokbedrijven voor leghennen bij Agromix. Naast dat hij een contract afsloot voor het opfokken van hennen ging hij ook 2 tot 3 dagen in de week aan de slag als technisch adviseur. ‘’Op dit moment begeleid ik zo’n 10 opfokbedrijven in Zuid-Nederland. De combinatie vind ik heel mooi,’’ merkt hij op. Hij bezoekt de opfokbedrijven zo’n 3 à 4 keer tijdens de opfok van een kuiken tot een 17-weekse leghen. ‘’Samen met de opfokker proberen we zo’n mooi en gezond mogelijke leghen af te leveren. Dit doen we door alle verzamelde data te analyseren en de gezondheidsstatus goed in de gaten te houden en bij te sturen als dat nodig is,” zegt Frank. Naast het verzamelen van alle gegevens rondom voer, gezondheid, kwaliteit is volgens Janssen, het belangrijkste goed observeren. Kijken, kijken en nog eens kijken. “Op basis van een goede observatie kan ik een koppel lezen. Vaak neem ik eerst een kijkje in de stal en kijk dan vervolgens naar de cijfers in het managementprogramma,’’ licht Frank zijn werkwijze toe. Zijn jarenlange ervaring maakt deze werkwijze mogelijk. Hij vindt het leuk om zijn ervaring en kennis te delen met andere pluimveehouders. Zijn werk als technisch adviseur houdt hem ook scherp; door regelmatig bij andere pluimveehouders in de stal te kijken, doet hij zelf ook weer nieuwe ervaring en kennis op voor zijn eigen bedrijf. Naast advieswerk in Nederland gaat hij tegenwoordig ook regelmatig voor Pluriton naar opfokbedrijven in omliggende landen om nieuwe opfokkers te adviseren. Hij ziet dit als een mooie uitdaging voor de komende jaren naast zijn opfokbedrijf in Castenray.
“Op basis van een goede observatie kan ik een koppel lezen. Vaak neem ik eerst een kijkje in de stal en kijk dan vervolgens naar de cijfers in het managementprogramma."